Instructor Support for Educational Systems

Hoe gebruik ik meerkeuzevragen?

Updated on

In het ANS Help center staan handleidingen over functionaliteiten in Ans.

Let op: Niet alle artikelen zijn relevant voor de situatie bij de Universiteit Leiden.

ANS handleidingen zijn Niet relevante als de procedure binnen de Universiteit: 

  • Afwijkt. In dat geval wordt er een verwijzing naar die procedure gemaakt.
  • Niet is toegestaan. In dat geval wordt dat hier aangegeven.
  • Niet van toepassing is. In dat geval wordt er hier niet naar de handleiding verwezen.

Linkjes in dit artikel verwijzen naar relevante handleidingen over meerkeuzevragen.

Inhoudsopgave

Meer informatie over vraagtypen die Ans ondersteund en of ze inzetbaar zijn voor digitale- en of  papieren afname, lees je in het artikel: Overzicht van vraagtypen.

Meerkeuzevraag

Een meerkeuze vraag in Ans kent twee vormen, nl:

  1. meerkeuzevraag (multiple choice) waarbij een student één antwoord kan selecteren uit aangeboden afleiders.
  2. meervoudigantwoord vraag waarbij een student twee of meer antwoorden selecteerd uit aangeboden afleiders.

Afhankelijk van het aantal correcte alternatieven veranderd de vraagweergave, nl:

  1. keuzerondjes als er één correcte afleider is.  
  2. vierkante selectievakje wanneer tenminste twee afleiders correct zijn.

Zelf bepaal je onder andere of afleiders:

  • gerandomiseerd zijn;
  • in een vaste numerieke volgorde (van laag naar hoog);
  • in alfabetisch volgorde worden weergegeven.

Dit vraagtype wordt direct in de vaktoets aangemaakt of vanuit een itembank geïmporteerd.

Meerkeuzevragen zijn beschikbaar voor digitale en papieren toetsen. Vragen worden automatisch nagekeken. Bij de meervoudig antwoord vorm heb je daarnaast de mogelijkheid om deze ook automatisch te scoren.

Meer informatie en mogelijke opties, lees je in het artikel: Meerkeuzevraag.

Stellingvraag (beta)

Bij een stellingvraag krijgt een student twee of meer stellingen en twee of meer antwoord opties (bijvoorbeeld: Juist / Onjuist; Groep A / Groep B /NVT).

Je bepaald bij dit vraagtype  

  • per stellingen (= rijen)
  • per antwoord opties (=kolommen)

of deze op een vaste positie of willekeurige positie getoond wordt. Daarbij zijn de vaste posities voor alle studenten gelijk. Wanneer de kolomen gerandomiseerd worden, geldt dat voor alleen per student zodat het voor de student leesbaar blijft.

Dit vraagtype wordt direct in de vaktoets aangemaakt of vanuit een itembank geïmporteerd.  

Beoordelingsmodel · MC vs MR and 6 more pages - School - Microsoft​ Edge

De stellingvraag kent meerdere beoordelingsregels.

Deze criteria kan je zelf instellen of je maakt gebruik van de Kprime regels, hierbij krijgt de student volledige punten bij een volledig juist antwoord, de helft van de punten bij één fout antwoord, nul punten bij meerdere foute antwoorden.

Kprime regels zijn alleen nuttig bij stellingvragen met 3 of meer stellingen.

Voor meer informatie en mogelijke opties, lees het artikel: Stellingvraag (beta)

Previous Article Hoe gebruik ik open- en semi open vragen?
Next Article Hoe gebruik ik wiskundige vragen?